De vismijn van Oostende moet de subsidies die het van de stad Oostende kreeg dan toch niet terugbetalen. De Europese Commissie had die terugbetaling bevolen omdat de subsidies concurrentievervalsens waren. Maar nu de vismijn met de concurrent in Zeebrugge is gefusioneerd hoeft die terugbetaling niet langer, zegt Vlaams minister-president Kris Peeters
De Oostendse vismijn kreeg van de stad een reeks voordelen. De stad verleende aan het Autonoom Gemeentebedrijf Vismijn Oostende (AGVO) een startkapitaal van 6 miljoen euro, gaf garanties voor leningen en stelde gratis gronden en gebouwen ter beschikking. Ook zou er steun gegaan zijn naar visserijondernemingen die hun vis in Oostende kwamen aanbieden. De Nederlandse Visafslag en de Zeebrugse Visveiling spraken van concurrentievervalsing en dienden enkele jaren geleden een klacht in bij de EU-Commissie.
De Commissie besliste in april vorig jaar dat de vismijn de onrechtmatige steun moest terugbetalen aan de stad Oostende. Intussen is de vismijn opgegaan in de Vlaamse Visveiling, waar ironisch genoeg ook de Zeebrugse Visveiling in is ondergebracht. De vennootschappen die de Oostendse vismijn uitbaatten, zijn ondertussen in vereffening gegaan.
Omdat de exploitatie van de vismijn nu in private handen is, heeft de EU-Commissie het terugvorderingsdossier gesloten. Vlaams minister-president Kris Peeters is tevreden met de beslissing van de Commissie. "De onzekerheid die bleef bestaan is nu weggenomen. Niets staat een verdere, noodzakelijke uitbouw van de nieuwe visveiling nu in de weg", zegt hij.
Het Nieuwsblad - Gemeente Oostende: Oostendse vismijn moet onterechte steun niet terugbetalen
